Klimmen, klauteren, slootje springen, hutten bouwen, skeeleren, de jeugd kan zich er uren mee vermaken. Naast een potje monopoly wanneer het regende, was er niet veel anders waar de jeugd zich vroeger mee kon vermaken. Tegenwoordig heeft de jeugd ook nog een andere optie: het beeldscherm.
Balans
“Het beeldscherm” klinkt misschien gelijk als iets negatiefs, maar dit is niet het geval. De jeugd kan namelijk ontzettend veel leren van deze beeldschermen en het biedt een goede voorbereiding op de toekomst. Het enige lastige is om een goede balans te vinden tussen beeldscherm en andere activiteiten. De andere activiteiten zijn immers net zo belangrijk voor de jeugd.
Fysieke activiteit en mentale effecten
Bij de effecten van fysieke activiteit wordt al snel gedacht aan een goede conditie en minder kans op overgewicht. Dit zijn inderdaad positieve gevolgen van fysieke activiteit. Maar, naast deze fysieke effecten zijn er ook veel mentale gezondheidseffecten. Zo blijkt uit onderzoek dat meer beweging zorgt voor meer zelfcontrole, zelfvertrouwen en meer gevoel voor sociale normen. Daarnaast ervaren jongeren die meer bewegen, minder depressieve klachten of stress en zijn zij initiatiefrijker en vrolijker dan jongeren die minder bewegen.
Hoe werkt dat dan?
- Voldoende beweging zorgt voor een goede doorbloeding in de hersenen. Hierdoor krijgen de hersenen veel voeding en zuurstof wat ze nodig hebben om goed te functioneren.
- Bewegen zorgt voor de aanmaak van nieuwe hersencellen en de verbinding tussen hersencellen wordt sterker.
- Beweging verbetert de functie van verschillende signaalstofjes die belangrijk zijn voor een goede en snelle functie van onze hersenen.
- Beweging zorgt voor meer aanmaak van “geluk stofjes”, deze stofjes zorgen voor een blij en opgewekt gevoel.
Alertheid bij ouders en scholen
Willen we de mentale gezondheid van de jeugd gezond houden, dan is het van belang om alert te zijn op de balans tussen beeldscherm en beweging. Zowel scholen als ouders hebben hier een belangrijke rol in. Op scholen moet genoeg mogelijkheid zijn om te bewegen en ouders zouden beweging van jongs af aan kunnen stimuleren!
